dinsdag 5 juni 2007

Waarom de tractor nog geen trektor werd..







Van tractor tot trektor

Een machine die zich tot insect laat omvormen.

Dit verhaal speelt zich af op een zojuist gemaaide akker.
Het is warm en af en toe bewolkt, drukkend weer. Een boer heeft zijn boterhammen meegenomen en gaat ze, zo tussen twaalf en half twee in de schaduw van de tractor, opeten. Hij steunt met zijn rug tegen de grote achterband van de tractor. Hij zit zo lekker dat hij na een tijdje in slaap sukkelt. De tractor zint het niet, zo gaat dat nou elke dag! De boer gebruikt de tractor echt overal voor, zelfs om tegen in slaap te vallen. Terwijl de tractor weer in de brandende zon moet staan, het rubber van zijn banden uitdroogt en zijn metaal wel zestig graden is. Hij voelt zich als machine enorm in zijn doen en laten geremd.
‘Was ik maar een vlinder of desnoods een kever. Dan zou ik vrij zijn. Ik zou het wel weten, nooit meer dat zware werk en ik kan gaan en staan waar ik dat wil. Hij heeft het ze wat keren horen zeggen:



‘Ach, het is maar een machine, hoor!’ En dat mocht misschien wel zo wezen, hij had wel zo zijn gevoelens.







Van tractor tot trektor

De boer en de boerin aten die middag hutspot met klapstuk. Er werd gezwegen aan tafel. Was het altijd zo stil of was er iets voorgevallen wat het tweetal niet zinde ? De boer keek mistroostig voor zich uit en eindelijk, toen klapstuk en hutspot op waren sprak hij: ‘Die tractor van ons, ik heb het altijd een rare gevonden…’
En de boerin: ‘Weet je nog toen hij jong was? Stond hij ineens in Dubbeldam, hij wilde op school biologieles nemen.’
‘Ík heb hem nooit begrepen, eerst wilde hij er jong en modern uitzien, daarna stijlvol en wat ouder. Wat wil hij nu weer’, de boer legde zijn hoofd in zijn handen.
Ja, ja, hij had het gezegd, al tijden: ‘Ik laat me ombouwen tot insect.’ Ze hadden hem laten praten, gedacht, dat gaat wel weer voorbij. Maar dan kenden ze de tractor niet, zoiets is geen bevlieging. Hij was niet voor niets op de boerderijschool geweest toen hij nog jong en modern was. Uren had hij zitten studeren. Duizenden soorten kevers, zoveel mogelijkheden…
‘Wil je nog thee’, vroeg de boerin aan de boer. Die keek naar buiten: ‘Ach doe ook maar’. En terwijl de boerin naar de keuken sukkelde, verstijfde de boer van angst. ‘Mijn hemel’, lispelde hij tussen zijn tanden. ‘Wat komt daar aan?’ Een gestalte tekende zich af aan de horizon. Langzaam maar zeker kwam het dichterbij. Het leek een man, een man met heel veel haar.
De boer kneep met zijn ogen om beter te kunnen zien hoe de gestalte er exact uitzag.
‘Het lijkt wel of hij alleen in stro is gehuld. Zal dat hem zijn?’
HET WAS HEM! Deze man zou de tractor gaan veranderen in een trektor. Een magiër voor wie geen klus te dol was. Zijn advertentie stond regelmatig in de krant. ‘Roestofatie, de magiër voor wie geen klus te dol is.’ Waar kwam hij eigenlijk vandaan? Of bestaat zo een iemand gewoon, zonder komaf, zonder bestemming. Maar goed, de tractor had hem weten te vinden en nu kwam hij de tractor halen.















































‘Als hij maar weer terug komt’, zei de boer. Roestofatie knikte: ‘Minhir, U zult versteld staan…’ Daar gingen ze, de tractor en Roestofatie. De tractor blies nog eenmaal wat stoom uit zijn pijp en riep: ‘Daar gaan we dan!’ Zo vertrokken ze vanuit het hoge noorden, naar het diepe zuiden. Roestofatie had nog wat zaken te regelen in Dubbeldam. ‘Dubbeldam? Daar is het goed toeven. Ik heb daar vroeger op school gezeten, de Beatrixschool!’ Roestofatie keek de tractor opgewekt aan. ‘Wil je daar een dag blijven voordat we verder trekken naar het zuiden?’ ‘Ja,’zei de tractor. ‘En als ik ben omgebouwd dan wil ik daar ook weer zijn. Altijd en eeuwig’. ‘Dat kan niet’, de magiër keek bezorgd. ‘Ik heb de boer beloofd dat je terug komt’. ‘We zullen wel zien’, zei de tractor. In ieder geval is hij dus 1 dag op de Beatrixschool geweest. Daarna trokken de tractor en de magiër verder naar het zuiden.
En dat is dus het punt. Die Roestofatie heeft hem meegenomen naar Bulgarije en daar is de tractor nu nog steeds. Volgens de boer en de boerin kan Roestofatie er niets van. De tractor heeft nog éénmaal gebeld en gezegd dat het hem vies tegen is gevallen hoe lang zo’n transformatie wel niet kost. ‘Dat is geen peulenschil, vertel dat ook maar aan alle andere tractoren’. Toch is die Roestofatie zo gek nog niet want langzaam maar zeker druppelen er foto’s door van de resultaten. En die mogen er zijn! De tractor wordt een echte trektor. Zo zie je maar. En dat trekt altijd klanten. Jong en nieuw, de volgende tractoren staan al weer klaar om op weg te gaan. En altijd doen ze de Beatrixschool aan. Net zo lang tot de trektor uit Bulgarije is terug gekomen en zich definitief zal willen settellen op de Beatrixschool. Als insect, als tor, als trektor…



























Geen opmerkingen: